Mechteld ten Ham
In 1605 werd Mechteld ten ham door vele dorpsgenoten beschuldigd van hekserij. Zij geloofden dat de gebeurtenissen in het dorp aan haar te wijten waren en zij vermoedden dat zij “het boze oog” had. Op een bepaald moment in deze periode werd er gezegd dat toen Nieten overleed aan ziekte er een incident was waarbij de hand van een andere vrouw in de hare bleef steken omdat die twee ook een doodsaanraking tussen hen deelden? Zo drukten de schuldgevoelens op beide partijen tot uiteindelijk iemand besloot dat er genoeg gewacht moest worden als we ooit meer te weten willen komen over wat hier echt gebeurd is dus stuur meteen magistraten!

Verschillende mensen worden ondervraagd en leggen belastende verklaringen af. Op haar eigen verzoek wordt Mechteld in de Laak in Azewijn gegooid, maar ze blijft drijven omdat de Laak zo wijd open is; dit veroorzaakt meer pijn om weer terug te komen voor marteling en ook verbranding op de brandstapel op 25 juli 1605.
Men kan nog steeds de figuur van “Mechteld ten Ham” zien die beschuldigend wijst in de richting van een kasteel in ‘s-Heerenberg, Nederland. Met een beschuldigende vinger wijst zij naar Graaf Herman van den Bergh die bescherming had beloofd maar zijn woord niet nakwam – elk jaar is er een feest voor Mechtilde genaamd “Het Meetteld Ten Hams Weekend”.